Woordennood
we werden moeilijk uitspreekbare woorden
onze tongen kronkelden en wrongen zich om de klanken
maar het was als platentektoniek met een defibrillator tot bedaren brengen
het schuren werd schudden en het schudden werd schelden
we werden bedolven door zand en aarde, stikten in afbraaksel van gesteente
groeven luchtgaten met onze klauwen en vroegen ons af
hebben we elkaar ooit hiermee aangeraakt?
in het donker krabbelden we naar de oppervlakte
wolven kwamen toen aan de korstjes van onze schaafplekken likken
bang zijn we nooit geweest want we wisten
dat we te bitter waren om verslonden te worden
doe niet zo dramatisch, riep iemand met de stem van een uil
doehóe niet, doehóe niet, klonk er vanuit de hoogte
dus deden we wat gevraagd werd, te moe om ons nog langer te verzetten
voorzichtig wikkelden we de tongen los, om een woordennood te forceren
legden ze naast elkaar op het grind
en keken
roze en warm lagen ze daar
roze en stil
Olga Teutler
Foto: Els Kort