siberië
hoeveel zouden alle hoofden wegen
die haar zo hebben bedacht
wat ze ook liegen
allemaal willen ze bestegen worden
in roze lakens nog het liefst
zij denkt terug en likt haar klauw
een zeis die wordt gewet
verguld gelakt
hun hals hun nek
moet ze een tegengif bedenken
nu het draaiboek is geschreven
weldadige duisternis opensmeren
over hun hoofden die eruitzien als hoofden
tijdelijk ontroostbaar
tot het uitmondt in iets van niets
of moet ze
hun nek nu al licht laten kraken
zoals een trein die aanzet
naar siberië
misschien
praalgraf
ze liggen gebeeldhouwd
op het snijpunt van geluiden
een booggewelf lijkt het van buiten
binnenin schimmelt erosie
droevig als na de bijslaap
peigert mijn licht zich af
zij kunnen niet meer winnen
dus verliezen ze in stijl
feilloos de neus voor decorum
verhaal van glas chroom staal
in een rank gesneden bastion
in mij wemelen gezichten
moeilijk te herkennen
keizers op gele racefietsen
uitverkochte schoonheidskoninginnen
rondingen ribbelingen
de substantie kassen van kadavers
het is niet de warboel die mij verwart
maar het eeuwig herbeginnen
leeg maar niet lichter
rijd ik terug naar leven
op de bezoekersparking
opent zich de slagboom
even
Marc Lonneville