Het laatste hoesontwerp voor The Beatles

De hoes van het laatste Beatles-liedje ‘Now and Then’ toont de titel, diagonaal op een vlak met schijnbare insnijdingen, getekend door de Californische letterschilder Ed Ruscha.
     Pop Art en pop (de muziek) hebben nogal wat raakvlakken. John Lennon was één van de vele Engelse musici met een achtergrond in de beeldende kunst. Ver van de Ierse Zee met de haven- en popstad Liverpool, aan de Stille Oceaan, werkt Ed Ruscha, nu in de tachtig en tot de topkunstenaars in financiële zin gerekend, gestaag door.
     Hij begon met een fascinatie voor de autowegen van Los Angeles. Strak geschilderde benzinestations met een prominent beeldmerk, maar ook een aantal conceptuele fotoboekjes getuigen hiervan. Samen met de popmusicus Mason Willams (de maker van het onvergetelijke ‘Classical Gas’) produceerde hij in 1967 Royal Road Test. Uitgegeven als een ringbandschrift, bevat het een beeldverslag van wat er gebeurde toen ze een schijfmachine van het merk Royal uit een rijdende auto gooiden.

Ed Ruscha

Ed Ruscha. Foto: Leo Holub/Archives of American Art/
Smithsonian Institution, Washington DC.

Het vroege werk van Ruscha combineerde een gortdroge voordracht met een zekere voorkeur voor gevaar. Ook in zijn latere werk roept een woord of een langere tekst een dubbelzinnige reactie op. Beeldend is het schitterend, maar een vermoeden van iets heel verkeerds blijft nooit ver weg. De korte boodschap lijkt heel precies, maar je kunt er de vinger niet op leggen. Phaidon, een belangrijke uitgever van kunstboeken, deed in 2000 een mooie uitgave het licht zien. They Called Her Styrene, tegelijk een overzicht en een bladerboek, verscheen in een ongewoon oblong-formaat, want Ruscha is ook nog eens een echte boekenmaker. Achterop het omslag stond ‘Etc.’ afgebeeld, een variant op het werk dat op de portretfoto rechtsonder is te zien. ‘Ik schilder letters zoals een ander bloemen schildert,’ zei Ruscha ooit. Ook een boeket kan natuurlijk een zekere betekenis suggereren.
    The Beatles hebben niet altijd een beroep gedaan op kunstenaars van naam. Klaus Voormann, die de hoes van Revolver tekende en plakte, werd pas als tekenaar bekend door dat ontwerp. Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band (1967) was hun eerste lp waarvoor een kunstenaar werd gezocht: Peter Blake, die zich als een ware popkunstenaar al eerder door The Beatles liet inspireren:

Peter Blake

Peter Blake, ‘The Beatles 1962’.

De verpakking van het naamloze ‘White Album’ (1968) werd bedacht door Richard Hamilton, de maker van de collage ‘Just What is It That Makes Today’s Homes so Different, so Appealing?’ (1956), die in alle publicaties als het eerste voorbeeld van Britse Pop Art wordt genoemd. Maar de hoes van The White Album is feitelijk helemaal minimal art. Niet alleen volgden de stromingen elkaar in de jaren zestig razendsnel op, Hamilton kon ook laten zien dat hij in 1968 net iets meer bij de tijd was dan Blake in 1967.

‘Now and Then’ zal mettertijd verschijnen op nieuwe uitgaven van de ‘rode’ en ‘blauwe’ hitverzamelingen van The Beatles. Het hoesontwerp van beide uitgaven, een remake van de foto op het album Please Please Me uit 1963, zal wel niet veranderen. Het vinylschijfje met de hoes van Ruscha wordt waarschijnlijk zeldzaam.
    ‘Now and then I miss you,’ zingt John Lennon: ik mis je af en toe. Ed Ruscha heeft nu een overzichtstentoonstelling in het MoMa, New York, getiteld ‘Now Then’ (Hier dan). Altijd even concies en onsentimenteel.

Egbert van Faassen (1954) studeerde kunstgeschiedenis. Als medewerker van de PTT Dienst voor Esthetische Vormgeving publiceerde hij over het historisch reclamedrukwerk van het toenmalige staatsbedrijf. Verder publiceerde hij regelmatig over beeldende kunst in o.a. Metropolis M, Haagsche Courant, Den Haag Centraal en Beeld en op geschiedenis.nl. Voor uitgeverij IJzer vertaalde Van Faassen de ’patafysische roman van Alfred Jarry, Handelingen en opvattingen van doctor
Faustroll (1994).