Elders bespreekt
zwerfdagboek
van Han Leeferink
en Puck Willaarts
B O E K B E S P R E K I N G
Han Leeferink, Puck Willaarts. zwerfdagboek. 2024, 384 blz., € 30,00. Hilversum, Uitgeverij Nachtwind. ISBN 978-90-830786-7-0.
Een bijzonder boek dat uitzonderlijk fraai en zorgvuldig is vormgegeven. Het papier van de meeste pagina’s is 120 grams, waar 90 grams gangbaar is. Ook de dubbel uitgevoerde buitenkant en de stofomslag zijn zwaarder dan gebruikelijk. Dankzij de stofomslag was een rug niet nodig, en ontstaat bij openslaan een bijna naadloos vlak van twee pagina’s.
Het boek is een coproductie van een schrijver-dichter en een tekenaar-fotograaf die niet alleen als koppel door het leven gaan, maar ook hun creatieve bezigheden delen. Het boek ademt daoïsme, is er een staal van. [Ze schrijven ‘daoïsme’ en ‘dao’ waar minder ingewijden veelal ‘Taoïsme’ en ‘Tao’ bezigen.] De lezer hoeft niet op een bamboematje in de leer bij een gelouterde meester, maar ondergaat in woord en beeld wat het betekent om los te laten en zich over te geven.
De etsen en krijtdrukken van Willaarts lijken observaties door oogharen, volkomen impressionistisch, gericht op het weergeven van een sfeer, meer dan een beeld. Toch kun je er het landschap in zien waaraan beiden zich hebben overgegeven, dat ze vijf jaar lang zeer regelmatig hebben bezocht en ondergaan, ‘een klein natuurgebied ten zuiden van ’s-Hertogenbosch, in het stroomgebied van de Dommel’.
Daarnaast heeft ze als fotograaf zogeheten pinholes gemaakt. Wanneer ik het goed begrijp zijn dat opnames met een camera obscura, d.w.z. een doos waarin een lichtgevoelige laag is aangebracht, en een minimale opening in de tegenoverliggende zijde. Deze techniek heeft een lange belichtingstijd nodig, en levert onscherpe beelden. Perfect om sfeer weer te geven.
Zomer 2019, AAN DE DOMMEL, ets
De teksten van Leeferink zijn net zo impressionistisch. Het zijn deels pure indrukken, weergaven van wat hij tegenkomt op zijn pad, zoals uitlopende knoppen, verkleurend boomblad, omwoelde grond, gefilterd licht, lijstjes van waargenomen vogelsoorten als ganzen, kieviten, wintertalingen, watersnippen, koperwieken, matkoppen, een smient.
Een ander deel van de teksten bestaat uit Van Ostaijen-achtige opsommingen, waarin variaties in corpsgrootte, kleur en positie van de woorden nadrukkelijk een sfeer oproepen, daarmee samenvallen.
Zelf omschrijven ze de kern van het boek als ‘het verlangen dat er in het verbeelde iets doorwasemt van het levende, veranderlijke landschap – iets wat ons in al zijn openheid, natuurlijkheid, vitaliteit en onbegrensdheid doet (her)ademen’.
Dit boek is niet een beschrijving van daoïsme, niet een verslag van meditatieve ervaringen, het inkijken en lezen ervan levert die ervaringen. Onelegant geformuleerd: het boek ís daoïsme. Al lezend raakt de bezoeker in een ritme, een trance; hij wordt deelgenoot van de ervaringen van de schrijver-dichter en de tekenaar-fotograaf. Verdere beschrijvingen doen het boek te kort. Daarom volgen hier enkele staaltjes.
9 januari 2020
het grijze licht van water dicht de dag tussen de bomen/ achter de dijk de natte kou in dampende golven over de rivier/ de roeiboot van de visser het stenen huis het vergrauwende riet
licht sluiert in droge koude golven over de vlakte/ het huis leeg de bomen vogelloos in verwaaiende stammen/ onder de wolken het land verlaten tussen bladderende wind
21 mei 2020
Tussen het klaphekpad en het weiland waar soms koeien staan, ligt een verdroogde sloot, de kanten vergrauwd, op de bodem een grijs gebarsten vlies van dode plantenresten.// Het heeft al weken niet geregend.
23 aug 2020 met foto
Vanmorgen in het hoge, met zonlicht bevlekte gras, in de schaduw van de bomen: twee pasgeboren kalfjes. Nog enigszins wankel op de poten, liepen ze, als hadden ze nooit anders gedaan, voorovergebogen door het veld.// Langs een sloot lag een koe te herkauwen.
ongedateerd
ONE STROKE
Het bos is een niet-lokaliseerbare ruimte die ontstaat in de beweging tussen berg en water. Het is een leegte die niet leeg is; een leegte die overstroomt van wind en licht. Hoe verbeeld je een van wind en licht overlopende leegte? Door het schilderen van het bosloze bos – een bos dat geen bos is, en toch niet anders is dan bos. Hoe schilder je het bosloze bos? In ‘just one stroke’. This one stroke, schrijft Shitao in zijn essay over de schilderkunst, is that out of which all phenomena are born. Het is een vorm van schilderen zonder obstakels, een natuurlijke manier van schilderen die voortkomt uit ‘one stroke’. But, voegt Shitao er laconiek aan toe, people of the world do not know this.
Mei 2020, VERBORGEN PLEK, krijtdruk
ongedateerd
en toen begon het te waaien en de mist boven het water steeds dichter waardoor de stilte steeds stiller stilde als druppelend grijs in het grijze licht steeds dichter dichtte in het sluimerende licht –
ongedateerd
BEWEGING
De klassieke Chinese landschapsschilder schilderde niet naar de natuur. Hij reproduceerde geen landschap, net zo min als dat hij dat landschap schiep. Het enige wat hij deed was met zijn penseel de beweging van het landschap op papier in gang zetten – of eerder: de beweging van het landschap via zijn penseel voortzetten op het papier. Er was geen sprake van een schilder; er was landschap (in just one stroke).
4 augustus 2018, zaterdag 11 uur, WEEZELPAADJE, pinhole
ongedateerd
(‘kijk!’)
blauw/ grijs
donker –
licht/
boven het veld/ het water
wolk
wolk wolk –
onder de bomen –/
het licht/  fel
donker –
grijs/
achter het riet
de varens
ZOMER…! ZOMER…!
licht/ de lucht
blikt
het veld –
DAAR, DAAR (‘kijk’!)
blauw –/ de lucht
wolk wolk
wolk –/ achter riet
de varens
fel –/
boven het water
de bomen ketst –/
het licht
KETST
de blik –|
12 augustus 2022
Aan de rivier, het waait zacht. Het stromende water, de bewegende bladeren aan de bomen. Sommige vallen naar beneden, droog en vergeeld, als is het herfst. Op de golven het weerspiegelende licht van de zon waarboven insectachtige beestjes heen en weer vliegen. Ik drink koffie en tuur voor me uit.
De woorden komen niet; de stilte is er niet.
Ik wil te veel.
9 september 2022
Donkere vochtige grond, natte zwarte takken, woeste lucht. Onder de tamme kastanje. De wind vlagerig. Tussen de wolken het licht dat verschijnt en weer verdwijnt. Meesjes die van boom naar boom schieten of zich loodrecht langs een stam naar beneden laten vallen. Neerdwarrelende bladeren.
Felix Monter