Stop, play, rewind. Eject

Je woorden een gordijn van wat erachter wiegt.
Als je weggaat je gaat altijd maar weg!
bind ik onze koffiebekers aan een touw, laat er één in je zak glijden, om van ver je lichaam
af te luisteren. Polonius achter het gordijn en een zwaard in een schede
wil ik niet

dus leg ik je woorden in letters uit, ouijabord voor mijn vragen. Wat herhaalt ratelt
als een fietsketting, een oude filmcamera: ik moet je lezen, dit gedicht

een script voor Paramount. Want je wist op voorhand hoe je zou beginnen en eindigen, waar de witregels en enjambementen waarover ik moest struikelen. De woorden waaraan mijn trui moest blijven haperen zodat een blote buik

Zullen we dan maar? Spelen? Ik de man. Jij Marilyn Monroe. Wegduwen is een vraag om dichter te trekken. Toch? Zoals in oude Hollywoodfilms de man een vrouw half in zwijm terug tegen zijn borst drukt. Dus gewoon door dit gedicht wiegen met je kont en lippen, een mond zacht open de woorden erover en ik de stoom uit mijn oren. Dichterbij komen is niet enkel
met een hoofd, maar met een heel lichaam. Buigen om kussen te geven en nieuwjaar het
excuus.

Ik zou de pen moeten nemen die je me gaf en onze bewegingen opschrijven.
Om op te graven, bloot te leggen een been een rib een doodsoorzaak. In die volgorde
een laken van een lichaam. Erna met vingers voortdurend over de houdbaarheidsdatum
gaan. Sussen. Handen om verwarmingsbuizen en niet je gezicht. Stil maar.

Nele Bruynooghe

Nele Bruynooghe (Opwijk, België) wil ‘kijken met ogen die schrijven’ en wat ze schrijft ‘als speelgoed in de handen van een lezer leggen, om eraan te trekken en te duwen en verwonderd te zijn over wat er allemaal kan’. Ze leerde op die manier te kijken door haar studies taal- en letterkunde en haar ervaringen als leerkracht Nederlands. Poëzie van haar hand verscheen op Meander magazine (eervolle vermelding Rob De Vos-prijs 2020), MUGzine en Het Gezeefde Gedicht.